Heemstede – Iedere familie heeft zijn tradities. Met oudejaarsavond stond bij ons thuis naast een berg oliebollen een aantal schalen met koude salades op tafel: zalmsalade, huzarensalade, rolletjes asperges, gevulde eitjes, garnalen en paling, net als bij een miljoen andere huishoudens, schat ik in. De grootste afnemer van deze lekkernijen was ongetwijfeld tante Bep. In de vorige eeuw hadden veel families wel een tante zoals zij. Altijd ongetrouwd gebleven zorgden zij voor oma of opa en vanwege het ontbreken van een eigen gezin werden zij de suikertantes van de kinderen van hun broers en zussen. Mijn tante bleef dus op oudejaarsavond strategisch in de buurt van het saladebuffet en schoof er tenslotte tegen middernacht maar een stoel bij om haar bordje tijdig aan te kunnen vullen.
Ach, zo’n tante als zij gun je ieder gezin. Bijna karakteristiek de ongetrouwde juffrouw, maar toch een vat vol tegenstrijdigheden. Voorspelbaar was ze in verschijning zeker met haar eeuwig blauwe mantelpakjes. Als er nieuwe moesten komen waren ze weer in de tinten midden- tot donkerblauw. Ze choqueerde ronduit eens toen ze in een taupekleurig ensemble verscheen, alsof er een bom ontplofte.
Hoewel uitgesproken behoudend in kledingkeuze was tante Bep wel soepel in opvattingen als het haar nichtjes betrof. Ze luisterde geamuseerd naar de verhalen van onze stapavonden – je kon haar echt alles toevertrouwen – en ze bewonderde onze absurde outfits en experimentele kapsels of het normaalste zaak van de wereld was. De posters van popsterren boven ons bed hadden haar volle aandacht. Kortom, tante Bep was oprecht geïnteresseerd in de leefwereld van het stel opstandige pubers. Dan kan je toch niet meer stuk.
Tante Bep was zonder meer onze favoriete tante. De lokale middenstand was iets minder ingenomen met haar, vermoed ik. Samen met haar oudere zus Rie vormde ze een schrikbeeld voor het winkelpersoneel. Er werd bij het shoppen gewikt en gewogen. Dozenvol gingen mee naar huis. Maar wij wisten al: die gaan allemaal terug. De kleur was bij daglicht toch iets anders dan in de winkel, de trui bleek op te kruipen. Het is maar goed dat er nog geen internetwinkelen bestond in haar tijd. Ze had de halve voorraad laten komen.
Het internettijdperk had haar sowieso kunnen bekoren, want met de introductie van de computerspelletjes 40 jaar geleden ging ze zonder aarzeling achter onze pc zitten en schoot met haar joystick hele legers naar de Filistijnen. Maar haar voorkeur ging toch naar het wekelijkse potje scrabble met de bovenbuurvrouw. Mijn zus stelde eens voor een rondje mee te spelen. Verbijsterd kwam ze na afloop thuis en siste: ‘dat was eens maar nooit meer, die vrouwen gaan erin of er een Porsche op het spel staat. Ze betichten elkaar van gesjoemel, maar ze spelen gewoon allebei vals.’
Zo corrupt als bij bordspelletjes, zo trouwhartig was ze in haar toewijding aan de Rooms-Katholieke Kerk. Ze sloeg geen kerkdienst over en had een rotsvast vertrouwen in het hiernamaals. Hoe ouder zij en wij werden des te vaker was ze van de partij in ons gezin, hoe dan ook tante Bep moest erbij. Met het alleen zijn kon ze goed omgaan, vertelde ze me eens: ‘Ach kind, weet je, ik heb altijd het gezelschap van mijn gedachten en ideeën’. Nu ik ook alleen het nieuwe jaar in ga, geloof ik dat er stukje tante Bep in mij schuilt.
Ik wens iedereen een fantastisch en helend 2021.
Mirjam Goossens
Foto: Tante Bep achter de pc.